vrijdag 12 augustus 2011

De ‘ontwikkeling’ van Nieuw-Guinea

Nieuw-Guinea is een bijzonder hoofdstuk uit de moeizame geschiedenis van Nederlands-Indië. Het eiland was een gebied van weinig betekenis voor Nederland tot eind jaren 1930, wat voornamelijk werd bevolkt door verschillende Papoea-stammen. Na de Japanse bezetting van Nederlands-Indië ontstond er een politiek en militair conflict in het gebied wat leidde tot de afscheiding van Nieuw-Guinea, wat onder Nederland bleef vallen, en de onafhankelijkheid van Indonesië.

Nederland vond het haar taak om Nederlands-Indië te ontwikkelen en werd verrast door de onafhankelijkheidsstrijd onder leiding van president Soekarno. ‘Indië verloren, rampspoed geboren’ was een veelgehoord gezegde. In de onderhandelingen om een oplossing voor het conflict te vinden werd Nieuw-Guinea steeds meer een strategisch middel om invloed in de regio te houden. Het woord ‘zelfbeschikking’ werd geïntroduceerd in de Nederlandse politiek.

Politici en burgers waren ervan overtuigd dat het zelfbeschikkingsrecht van de Papoea’s van groot belang is. De ontwikkeling van het land en haar bevolking werd een speerpunt in de politieke discussies over Nieuw-Guinea. Er werd gestart met de ontwikkeling van het onderwijs, de gezondheidszorg en het plaatselijke bestuur. In de jaren 1950 werd duidelijk dat Europese Indiërs, de Indo’s, geen thuisland zouden vinden in Nieuw-Guinea en de onduidelijke politieke situatie van Indonesië baarde Westerse politici veel zorgen. Voornamelijk Australië steunde Nederland in haar strijd om Nieuw-Guinea te behouden omdat ze bang was voor een eventueel communistisch buurland en hoopte hiermee een buffer te creëren.

De verhoudingen tussen Nederland en Indonesië werden steeds slechter door het conflict over Nieuw-Guinea. Door gebrek aan internationale steun en de starre houding in de onderhandelingen met Indonesië werd de kans voor Nederland steeds kleiner om Nieuw-Guinea te behouden. Vanaf 1960 dreigde er een gewapend conflict te ontstaan tussen beide landen. Op 15 januari 1962 kwam het daadwerkelijk tot een slag, namelijk de Slag bij Vlakke Hoek.

Op aandringen van Prins Bernhard voerde de VS de druk op om te onderhandelen over het conflict. Uiteindelijk werd er een overeenkomst gesloten waarbij Nieuw-Guinea na een overgangsregering onder leiding van de VN vanaf 1 mei 1963 onder Indonesië zou gaan vallen. Nederland was niet in de overtuiging voldoende steun van haar bondgenoten te krijgen wanneer het tot een oorlog zou komen en constateerde dat het beleid niet uitvoerbaar was. De ‘Kwestie Nieuw-Guinea’ die sinds 1949 duurde werd hiermee afgesloten.

In 1969 vond de verplicht volksraadpleging in Nieuw-Guinea plaats waarbij de bevolking kon beslissen of ze onder Indonesië wilden vallen. Ondanks de grote druk van het Indonesische leger werd het besluit bij Indonesië te blijven goedgekeurd door de VN. Na het aftreden van Soeharto in 1998 kwam de onafhankelijkheid weer op de agenda. Het westelijk deel van Nieuw-Guinea, de tegenwoordige provincie Papoea, valt ondanks heftige protesten nog steeds onder Indonesië. Tot op de dag van vandaag zetten mensen zich in voor de onafhankelijkheid van Nieuw-Guinea.

Maandthema: Nederlands-Indië
Dagelijks om 19.00 uur


Kijk voor meer informatie op www.nostalgienet.nl.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten